Guid Oei: “drempelloze samenwerking om waardegedreven zorg in praktijk te brengen”
1 maart 2022
Guid Oei is – op voordracht van het NVOG – per 1 december 2021 aangetreden in het bestuur van het CPZ. Hij volgt Arie Franx op.
Prof. Dr. Guid Oei werkt als perinatoloog-gynaecoloog in Máxima MC. Als hoogleraar bij de Technische Universiteit in Eindhoven houdt Oei houdt zich bezig met wetenschap en innovatie op het gebied van veilige geboortezorg. Guid Oei is initiatiefnemer van baanbrekend onderzoek om een kunstbaarmoeder voor extreem vroeggeboren baby’s te ontwikkelen.
SvA: Wat betekent het CPZ voor jou?
GO: Het begon natuurlijk allemaal met het stuurgroeprapport, ruim 10 jaar geleden. Ik was destijds bestuurder van de NVOG en nauw betrokken bij de oprichting van het CPZ. We gelóófden in de integrale geboortezog. We wilden een onafhankelijke organisatie die – conform het advies van de stuurgroep – de kwaliteit van zorg zou verbeteren.
SvA: Hoe landde die boodschap binnen het NVOG?
GO: Eigenlijk probleemloos. We hebben destijds bijeenkomsten door het hele land gehouden. Een soort regiotour onder gynaecologen. We hebben daarmee geprobeerd om de afstand tussen bestuur en achterban zo klein mogelijk te houden. Je kunt als bestuur wel integraal willen werken, het moet natuurlijk ook gedragen worden. Maar we bleken met ons voornemen aan een breed gekoesterde wens te voldoen. Dus dat was heel fijn om mee terug te kunnen nemen.
SvA: En hoe gaat het in jouw beleving nu met de integrale gedachte?
GO: Nog niet goed genoeg! Wat dat betreft is het CPZ nog steeds heel erg hard nodig!
SvA: Kun je dat uitleggen?
GO: Wat we moeten willen is dat de patiënt binnenkomt bij één integraal loket. Het is voor die zwangere vrouw helemaal niet interessant of dat nu de eerste of de tweede lijn is. De zwangere vrouw wil gewoon de beste zorg. De schotten tussen eerste en tweede lijn moeten weg. Alleen dán kunnen professionals zonder enige drempel van elkaars expertise gebruik maken. Als patiënten nu worden overgedragen van de eerste naar de tweede lijn, is dat echt een hele grote stap. Het wordt niet vaak als plezierig ervaren. Er is geen continuïteit van zorg. In ons huidige model zijn er dus nog steeds schotten, stappen, lijnen. En zwangere vrouwen hebben daar last van!
SvA: Pleit je dan voor drempelloze samenwerking, waarin er van ‘overdracht’ geen sprake meer is?
GO: Het huidige aantal overdrachten tussen de eerste en de tweede lijn is nu veel te hoog. Ook met het oog op de beschikbare capaciteit in de ziekenhuizen. De tweede lijn is helemaal niet bestand tegen al die overdrachten. Bovendien is er bij elke overdracht een kans op verlies op informatie. En is drempelloze samenwerking met daarbij passende bekostiging noodzakelijk om waardegedreven zorg in de praktijk te kunnen brengen.
SvA: Hoe zie je daarin de rol van de landelijke partijen?
GO: Landelijke coördinatie is wel nodig. Er zijn binnen de regio’s grote verschillen. Het ene VSV is veel verder met de samenwerking dan het ander VSV. De implementatie van de Zorgstandaard Integrale Geboortezorg gaat echt niet binnen elk VSV even soepel. Daar kunnen de VSV’s wel wat hulp bij gebruiken. Van het CPZ, maar ook bijvoorbeeld van de regionale consortia.
SvA: Hoe zou het CPZ die ondersteuning kunnen bieden?
GO: Ik denk dat het CPZ niet alleen de juiste zaken moet agenderen en de knellende issues moet signaleren, maar daarnaast echt moet focussen in het ondersteuningsaanbod. Vooral de visie op integrale geboortezorg uitrollen en de zorgstandaard implementeren. Het doel is duidelijk: Het moet in de geboortezorg niet gaan over hoe verdeeld we zijn. Het moet gaan om de zwangere vrouw. Zíj moet voelen dat er één team geboortezorg om haar heen staat!