Politieke Monitor

In de politieke monitor vind je de updates van politieke ontwikkelingen relevant voor de geboortezorg. Hierin vind je een overzicht van relevante stukken en onderwerpen zoals die in de tweede kamer zijn besproken of gedeeld.

TIP: met CTRL+F en een zoekterm vind je gemakkelijk de stukken die je zoekt in deze monitor

DatumOnderwerpExterne info of link naar meer
Juni 2024
17Eindrapport implementatieonderzoek Prenatale Huisbezoeken Jeugdgezondheidszorg en beleidsreactie
Het Ministerie van VWS informeert de kamer over het eindrapport van het implementatieonderzoek PHB JGZ.

Hoofdpunten in kort:
– Sinds 1 juli 2022 hebben gemeenten de wettelijke taak om een prenataal huisbezoek door de Jeugdgezondheidszorg (PHB JGZ) aan te bieden aan zwangere vrouwen en gezinnen in een kwetsbare situatie in hun gemeente.
– Er is onderzocht hoe dit in de praktijk wordt uitgevoerd, in de context van de tussentijdse evaluatie van de wet na twee jaar. Na 4 jaar (dus in 2026) wordt de wet geëvalueerd op doeltreffendheid. De staatssecretaris beschrijft hoe wordt ingespeeld op de knelpunten die zijn genoemd in de evaluatie.
– De staatssecretaris geeft aan dat het PHB JGZ in sommige regio’s een belangrijke aanjager is geworden van de samenwerking tussen jeugdverpleegkundigen en eerstelijns verloskundigen.
– Er zijn nog knelpunten in de uitvoering: het PHB JGZ is nog niet in iedere gemeente ingevoerd, er zijn belemmeringen in de aanmeldprocedure en er bestaat handelingsverlegenheid bij verloskundigen en JGZ-verpleegkundigen. Het PGB JGZ is nog onvoldoende bekend bij belangrijke partners in de geboortezorg, zoals tweedelijns verloskundigen, gynaecologen en verpleegkundigen in het ziekenhuis.
– De staatssecretaris geeft aan dat er gewerkt wordt aan een betere landelijke dekking van de huisbezoeken.
– Er wordt met de Autoriteit Persoonsgegevens gesproken over de methode van doorverwijzen. Zo nodig wordt daarover verder gesproken met andere partners, waaronder het CPZ. Het doel is om te komen tot een duidelijk en gemeenschappelijk standpunt over de mogelijkheden en onmogelijkheden van het doorverwijzen van een zwangere cliënte voor een PHB JGZ door een verloskundig zorgverlener.
– De staatssecretaris geeft aan dat er samen met CPZ een workshop met webinar is ontwikkeld, en dat deze nog actiever verspreid gaan worden.
– Er worden best practices opgehaald en gebundeld, die vervolgens worden gedeeld in de nieuwsbrieven van onder andere CPZ. CPZ en NCJ gaan na de zomer ook samen een thema nieuwsbrief ontwikkelen over het PHB JGZ.
– De Vereniging Nederlandse Gemeenten gaat aandacht vragen voor het belang van stevige ketensamenwerking in de domeinoverstijgende geboortezorg. CPZ gaat het belang van een stevige ketensamenwerking rond de inzet van het PHB JGZ benadrukken bij de lokale coalities en VSV’s en hen vragen hierover in hun eigen regio of gemeente afspraken te maken.
– De staatssecretaris geeft aan dat de e-learning en workshop van NCJ en CPZ ook kunnen helpen bij het ondersteunen van stevige ketenaanpak.
– Het NCJ gaat samen met partners waaronder CPZ een format voor een aanmeldformulier en een terugkoppelformulier opstellen. De staatssecretaris geeft aan dat het daarbij belangrijk is om te komen tot enige mate van uniformiteit van gegevensuitwisseling.
Beleidsreactie VWS
Rapport
Beslisnota
13SO Stapeling eigen bijdrage
De minister van VWS heeft vragen beantwoord vanuit de Commissie VWS over de monitor stapeling eigen bijdragen. Hieronder de meest relevante vragen en antwoorden.

VVD:
Kan de minister bij tabel 2 per aandeel eigen bijdrage ook schetsen om welke omvang van de bevolking het daarbij gaat? Hoeveel mensen betaalden bijvoorbeeld €23,- Eigen Risico in de Zorgverzekeringswet (Zvw) in 2021?
 
In tabel 1 in de Kamerbrief zijn de aantallen personen met een specifieke eigen bijdrage weergegeven die horen bij de gemiddelde eigen bijdragen uit tabel 2. In tabel 1 is bijvoorbeeld te zien dat het bedrag van € 23 voor het eigen risico in de Zvw in 2021 het gemiddelde bedrag is voor 11,1 miljoen mensen. Zoals aangegeven in de Kamerbrief zat er een onderschatting voor de eigen bijdragen kraamzorg voor de jaren 2015 en 2016 in de monitor. Dit is begin mei gecorrigeerd in de monitor. Hieronder staat een nieuwe versie van tabel 1 uit de Kamerbrief, incl. tussenliggende jaren en voor de Wmo ook specifiek het onderscheid tussen ondersteuning thuis en verblijf en opvang.
 
De leden van de VVD-fractie lezen dat er een onderschatting blijkt te zitten in de eigen bijdragen voor kraamzorg in de jaren 2015 en 2016. Wat is de oorzaak van deze onderschatting? En hoe zien de actuelere cijfers eruit?
 
Het Zorginstituut heeft onder andere cijfers over de hoogte van de eigen bijdragen voor kraamzorg aangeleverd bij CBS voor de monitor stapeling eigen bijdragen. Tijdens de analyse van de cijfers van de monitor is ontdekt dat er een vergissing gemaakt was en dat de eigen bijdragen voor kraamzorg in 2015 en 2016 niet klopten. Het Zorginstituut heeft de cijfers inmiddels opnieuw aangeleverd en CBS heeft de nieuwe cijfers voor 2015 en 2016 verwerkt in de monitor.  Deze heraanlevering kon niet meer verwerkt worden in de Kamerbrief Analyse monitor stapeling eigen bijdragen (Kamerstukken II 2023–2024, 29689, nr. 1248). De nieuwe cijfers voor de eigen bijdragen kraamzorg voor 2015 en 2016 zijn zowel voor het aantal personen als de gemiddelde eigen bijdrage per maand vergelijkbaar met de jaren vanaf 2017
Beslisnota
Verslag
4Kamerbrief Mid-termreview IZA
De minister van VWS heeft de Kamer geïnformeerd over de mid-term review van het IZA. Bijgaand de brief en relevante bijlagen.

Uitgelicht
– In de Impactkaart per regio (zie bijlage) staat dat zorgkantoorregio Amsterdam van plan is om een Taskforce geboortezorg op te richten. Deze moet de samenwerking en kwaliteit van zorg rondom geboortezorg versterken.
– In de zorgkantoorregio West-Brabant Oost worden regionale en lokale coalities gevormd voor de ketensamenwerking Kansrijke Start. Deze moet in alle gemeenten de klantroute Kansrijke Start optimaliseren en zelfverzekerd ouderschap versterken.
– In West-Brabant West is het doel gesteld om over 4 jaar een integrale preventie- en zorgketen te hebben staan, waarbij in ieder geval geboortezorg, jeugdgezondheidszorg, jeugdhulp en het sociaal domein op elkaar zijn aangesloten. Ook wordt de klantroute Kansrijke Start in iedere gemeente geoptimaliseerd vanuit het regionale netwerk.
– In ROAZ-Regio Euregio wordt (acute) geboortezorg integraal aangeboden vanuit het principe “door de verloskundige als het kan, door de gynaecoloog als het moet”. De zwangere staat centraal en wordt begeleid door één multidisciplinair team met een casusmanager. Ook wordt de inzet van personeel flexibel georganiseerd.
– In ROAZ-regio Zwolle wordt verminderde toegankelijkheid van acute verloskunde verwacht door prestatiestops, wat zal leiden tot langere aanrijtijden en extra werkdruk.
– In de Monitor: Passende Zorg als norm (zie bijlage) staat een update over de coalities Kansrijke Start. Een coalitie binnen Kansrijke Start refereert aan een samenwerking tussen professionals in het medisch en sociaal domein onderling om de lokale ketenaanpak te versterken.
– 61% van de gemeenten in Kansrijke Start zitten momenteel in een lokale of regionale coalitie, 19% is gestart met het aangaan van een coalitie.
Bijlagen
4Kamerbrief zorgverzekeringsstelsel
De minister voor Medische Zorg heeft de Kamer geïnformeerd over relevante onderwerpen en ontwikkelingen rondom het zorgverzekeringsstelsel. Bijgaand de brief en relevante bijlagen.

Hoofdlijnen
– In het Samenvattend rapport Zorgverzekeringswet 2023 wordt ingegaan op het Convenant voor borging kraamzorg, gesloten tussen Bo Geboortezorg en Zorgverzekeraars Nederland.
– Volgens het rapport heeft dit convenant ertoe geleid dat de tekorten aan kraamzorg rond de zomerperiode 2023 konden worden opgelost, door regionale zorgbemiddeling van kraamvrouwen en de introductie van een toeslagprestatie ‘integrale geboortezorg’.
– Deze prestatie bestond al voor verloskundige zorg, maar werd in 2023 ook beschikbaar voor de kraamzorg.
– Voor 2024-2025 is een nieuw convenant gesloten met afspraken om de minimaal benodigde kraamzorg voor elke kraamvrouw te borgen.
Bijlagen
Mei 2024
15Jaarverslag Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2023
Het departementale jaarverslag 2023 van het Ministerie van VWS met daarin onder andere de onderdelen beleidsprioriteiten met belangrijkste resultaten, beleidsartikelen met algemene doelstellingen en beleidsconclusies, bedrijfsvoeringsparagrafen en de jaarrekening,
Jaarverslag
8Kamerbrief stapeling eigen bijdrage
– De minister van VWS heeft de Kamer geïnformeerd over de analyse van de monitor stapeling eigen bijdrage. Bijgaand de Kamerbrief en bijbehorende beslisnota.
– De coalitie heeft afgesproken om de stapeling van eigen bijdragen te monitoren en tegen te gaan.
– De monitor is in september 2023 door CBS gepubliceerd, en de minister deelt nu de analyse hiervan door VWS.
In de monitor zijn eigen bijdragen meegenomen die verzekerden moeten betalen uit hoofde van de tot het basispakket behorende verzekerde zorg uit hoofde van de Zorgverzekeringswet (Zvw), alsmede voor zorg in het kader van de Wet Langdurige Zorg (Wlz) en/of voor ondersteuning vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Ook de eigen bijdragen in de Zvw voor kraamzorg maken hier een onderdeel van uit.
– Ongeveer één derde van de bevolking betaalt geen eigen bijdrage voor zorg.
– De overige twee derde betaalt gemiddeld 39 euro per maand aan eigen bijdrage. Dit is in de afgelopen jaren gelijk gebleven.
– Volgens de minister komt het gelijk blijven van dit gemiddelde bedrag doordat de meeste mensen die eigen bijdrage betalen, dit alleen betalen onder de Zvw en doordat het eigen risico is bevroren.
– Het aantal personen die meerdere eigen bijdragen betaalt, is ligt gestegen. Het gemiddeld betaalde bedrag door deze groep is gedaald.
– Bij mensen met lage inkomens is gemiddeld vaker sprake van eigen bijdrage onder de Wlz.
Bijlagen
April 2024
22Kamerbrief stand van zaken geboortezorg
Met deze brief informeert minister Dijkstra de Tweede Kamer over de stand van zaken in de geboortezorg.
Bijlagen bij de brief: Evaluatie instellingssubsidie CPZ, Vijf jaar integrale bekostiging van de geboortezorg, Beslisnota bij Kamerbrief Stand van zaken geboortezorg en evaluatie instellingssubsidie CPZ en Perined.
Brief
Bijlagen
22Kamerbrief voortgang Integraal Zorgakkoord: IZA-congres
Met deze brief informeert minister Helder de Tweede Kamer over de voortgang van het Integraal Zorgakkoord en het IZA-congres. Bijlagen bij de brief: de voortgangsrapportage IZA, het rapport leren van regionale samenwerkingsstructuren in ontwikkeling, een onderzoek ‘Naar een betekenisvolle rol binnen regionale samenwerkingsverbanden’ en tenslotte het rapport ‘Populatiegerichte gezondheidscyclus’.
Brief
Bijlagen
Maart 2024
26-3Beantwoording Kamervragen over sluiting geboortezorg Zoetermeer.
– In april neemt het HagaZiekenhuis een voorgenomen besluit over de geboortezorg in de regio. Daarvoor spreekt het Ziekenhuis met onder andere zorgverzekeraars en zorgpartners.
– De minister geeft aan dat zorgverzekeraars verantwoordelijk zijn voor de zorginkoop en daarmee voor de financiering van de zorg, en dat zij nauw betrokken zijn bij de besluitvorming.
– Het netwerk Acute Zorg West heeft een impactanalyse uitgevoerd over de effecten op de capaciteit en bedrijfsvoering voor de geboortezorg in de regio bij acute sluiting van geboortezorg in HagaZiekenhuis Zoetermeer.
– De GGD heeft in opdracht van de gemeente de effecten op zwangeren en baby’s onderzocht bij sluiting.
Onderzoeksbureau SiRM kijkt hoe de geboortezorg toekomstbestendig kan worden ingericht.
– Het ministerie VWS heeft op 20 maart met het bestuur van het Haga Ziekenhuis en verzekeraars gesproken over het belang van een zorgvuldig proces.
– De minister benadrukt dat zorgverzekeraars de verantwoordelijkheid hebben om aan hun zorgplicht te kunnen voldoen voor de verzekerden in de regio.
Vragen Bikker
Vragen Dijk
Vragen Claassen
25Stand van zaken acute zorg.
Het vervangen van de 45-minutennorm op SEH’s is controversieel verklaard in de Tweede Kamer. Het kabinet zal daarom geen besluiten hierover nemen, dit is aan het volgende kabinet. De minister benadrukt wel de urgentie. De ambtelijke verkenning is wel voortgezet.
Met deze brief informeert Minister Dijkstra van Medische Zorg de Tweede Kamer voorafgaand aan het Commissiedebat Acute Zorg van 3 april 2024 nader over de ambtelijke verkenning naar beleids-opties voor de toekomst van de 45-minutennorm voor spoedeisende hulpafdelingen (hierna: SEH’s) en acute verloskunde, over de handreiking besluitvorming met betrekking tot acute zorg en over de governance van het Regionaal Overleg Acute Zorgketen (hierna: ROAZ).
Brief
21Advies van de NZa over de bekostiging van zorgcoördinatie.
– De minister geeft aan dat acute zorg onder toenemende druk staat, en dat zorgcoördinatie belangrijk is om de toegankelijkheid te borgen.
– Volgens de NZa is budgetbekostiging goed mogelijk, maar leidt dit tot vragen over de invulling van de functies van zorgcoördinatie en over variaties tussen de regio’s.
Brief en bijlage
20Antwoord op vragen van het lid Bushoff over de druk op de spoedeisende hulpafdelingen in Friesland
– De minister deelt de zorgen niet over de regelmatige patiëntenstops op SEH’s in Friesland, en ziet dit als een hulpmiddel die grotere problemen helpt voorkomen.
– De minister geeft aan dat het een goede ontwikkeling is dat zorgaanbieders en verzekeraars samenwerken om de acute zorg toekomstbestendig in te richten.
Vier Frieslandse ziekenhuizen hebben samen met De Friesland, VGZ, en Zilveren Kruis een voorkeursscenario gepresenteerd om de ziekenhuiszorg op de lange termijn toegankelijk en bereikbaar te houden. Dit scenario wordt de komende periode samen met andere partners geoptimaliseerd.
Antwoorden
11Jaarbeeld 2023 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
met daarin het voorbeeld: Toezicht en nieuw toetsingskader voor de kraamzorg.
Jaarbeeld
4 Reactie op verzoek commissie over de planning van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor het jaar 2024
Waaronder:
– Arbeidsmarktbeleid in de zorg
– IZA
– Curatieve zorg (incl. acute en basiszorg)
– Zorgverzekeringen, pakketbeheer en toeslagen
Brief
Februari 2024
29Advies Sectoroverstijgende prestatie

Naar aanleiding van een eerdere verkenning van de NZa zijn de NZa en ZiNL gevraagd om tot een gezamenlijk advies te komen over de mogelijkheid van het realiseren van een sectoroverstijgende prestatie (SOP) binnen de Zorgverzekeringswet (Zvw) en binnen de Wet langdurige zorg (Wlz) en op welke wijze deze SOP vorm kan krijgen.
Brief
28Vitamine K profylaxe beleid

Met deze brief informeert informeert staatssecretaris Van Ooijen de Tweede Kamer over de pas op de plaats die gemaakt wordt bij de invoering van het intramusculair toedieningsbeleid («prikken») van vitamine K bij pasgeborenen. De beoogde startdatum van 1 januari 2025 komt daarmee te vervallen.

Op 16 januari informeerde de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV) de minister dat zij niet langer achter het beleid kunnen staan om pasgeborenen te gaan injecteren met vitamine K, maar wel willen werken aan een verbetering van de huidige orale toediening. Verloskundigen zijn als partij noodzakelijk voor de invoering van het nieuwe beleid.
VWS vraagt de Gezondheidsraad haar advies te actualiseren en met alternatieven te komen
Met geboortezorgpartijen heeft VWS afgesproken om in te zetten op het optimaliseren van de huidige orale toediening vitamine K via druppeltjes en op het verbeteren van registratie en monitoring van de toediening van vitamine K.
Brief
Beslisnota
14Vervolg implementatie zorgcoördinatie – implementatieplan

Met deze brief informeert Minister Helder de tweede kamer over het implementatieplan zorgcoördinatie. In de begeleidende brief gaat de minister kort in op de achtergrond van zorgcoördinatie, schetst ze het proces waarmee VWS tot dit plan is gekomen en benoemt de de hoofdlijnen van het implementatieplan.

Het implementatieplan beoogt duidelijk te maken wat betrokkenen van elkaar en van het projectteam kunnen verwachten, en handvaten te bieden aan partijen in de regio om richting zorgcoördinatie te komen. Ook is vastgelegd wat voor alle betrokkenen de minimale eisen zijn die voor januari 2025 geïmplementeerd moeten zijn.
Brief
Beslisnota
Rapport
14Advies van de Gezondheidsraad over immunisatie tegen RSV in het eerste levensjaar

Het respiratoir syncytieel virus (RSV) is het meest voorkomende verkoudheidsvirus bij kinderen. Bij baby’s kan RSV tot ernstige ziekte leiden door bronchiolitis of longontsteking. Naar aanleiding van het beschikbaar komen van de nieuwe antistof voor kinderen en van een vaccin voor maternale vaccinatie heeft de
staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) de Gezondheidsraad gevraagd te adviseren over de wenselijkheid van de inzet van deze middelen voor alle kinderen, via het Rijksvaccinatie.

Beslisnota
Adviesrapport
Januari 2024
30Visie eerstelijnszorg 2030
Om de toegankelijkheid en continuïteit van de eerstelijnszorg te borgen zijn afspraken over de versterking van de eerstelijnszorg gemaakt in het IZA en WOZO. De afgelopen periode hebben betrokken partijen hard gewerkt om een visie op de eerstelijnszorg 2030 op te stellen. De betrokken eestelijnspartijen hebben hun steun uitgesproken voor de visie. Daarna heeft ook het bestuurlijk overleg IZA ingestemd met de visie en daarmee is het stuk definitief vastgesteld.

In de visie hebben de partijen gezamenlijk de volgende missie opgesteld:
Wij, partijen van de eerstelijnszorg, nemen de verantwoordelijkheid om de toegankelijkheid en continuïteit van eerstelijnszorg te waarborgen. Hierbij hebben we oog voor het behouden van de kwaliteit van de zorg. We werken krachtig samen aan het vernieuwen van de eerste lijn en versterken de organisatie ervan. Zodat de eerstelijnszorg in 2030 is gebaseerd op de principes van passende zorg, waarbij beschikbare capaciteit en middelen op de beste en meest doelmatige manier worden ingezet.

De komende maanden werkt de minister met partijen aan de werkagenda waarin is afgesproken dat voor de zomer van 2024 een aantal scenario’s worden uitgewerkt.
Brief
Visie
Infographic
Alle stukken
22Motie eigen risico
Reactie op de motie van de leden Dijk en Ouwehand over uitspreken dat het eigen risico zo snel mogelijk moet worden afgeschaft:
 
Minister van VWS E.J. Kuipers reageert per brief op de motie. Afschaffen van het eigen risico kan betaalbaarheid, toegankelijkheid en de kwaliteit van zorg op langere termijn onder druk zetten. Afschaffen van verplicht eigen risico kost naar verwachting ca € 6 miljard per jaar en zal tot een forse premiestijging leiden van ca € 300,- per persoon per jaar. De minister merkt op dat bepaalde zorgvormen, waaronder de geboortezorg, zijn uitgezonderd van een eigen risico.
Afschaffing van het eigen risico vraagt zowel om deugdelijke financiële dekking als om aanpassing van de Zorgverzekeringswet (Zvw). Voor een dergelijke wetswijziging van de ZvW staat gewoonlijk 1,5 jaar.
Kamerstukken
Brief
Beslisnota
22Landelijk dekkend netwerk van infrastructuren

Minister van VWS, C. Helder informeert de kamer over de uitwerking van de geadviseerde richting en de te nemen vervolgstappen om tot een landelijk dekkend netwerk van infrastructuren te komen.

In de Nationale visie en strategie op het gezondheidsinformatiestelsel2 (NVS) wordt onderkend dat alleen het realiseren van een infrastructuur voor geprotocolleerde gegevensuitwisseling niet voldoende is om zorgverleners te faciliteren bij het verlenen van hybride en netwerkzorg. Daarom wil het kabinet van gegevensuitwisseling doorgroeien naar databeschikbaarheid.
Brief
17Rapport ‘Preventie op waarde schatten. Advies van de Technische Werkgroep Kosten en Baten van Preventie’

Het Kennisplatform heeft een aantal voorstellen gedaan om beter zicht te krijgen op de kosteneffectiviteit van preventiemaatregelen en doorrekening van voorgenomen plannen. Het is aan de Kamer en het volgende kabinet om hier nadere inhoudelijke invulling aan te geven.
Brief
17Stand van zakenbrief moties en toezeggingen begrotingsbehandeling 2024Brief en bijlagen
17Doorrekening RIVM acties Nationaal Preventieakkoord

De doorrekening van het NPA door het RIVM laat zien dat de afspraken bijdragen aan minder mensen die roken en overgewicht hebben. Op problematisch alcoholgebruik is de impact echter minimaal. Met de maatregelen uit het NPA die de afgelopen jaren zijn ingevoerd worden de ambities niet bereikt. Er zijn daarom meer inspanningen nodig om de ambities te bereiken. Het RIVM noemt een aantal maatregelen die een extra bijdrage kunnen leveren aan de ambities van het NPA. Dit zijn veelal wettelijke maatregelen zoals prijsmaatregelen, marketingverboden en het beperken van de beschikbaarheid.

Het RIVM concludeert dat er naast de afspraken uit het NPA, ook maatregelen nodig zijn die verder gaan dan de bestaande afspraken. Verder kan er winst behaald worden in de implementatie en door bestaande maatregelen te intensiveren. De staatssecretaris constateert dat er noodzaak is om het ingezette beleid voort te zetten, structurele financiering voor preventie beschikbaar te maken en aanvullende maatregelen te treffen om de doelen uit het NPA te kunnen realiseren
Brief
16Advies NZa bekostiging Acute zorg

Beschikbaarheidsbekostiging SEH
De NZa omschrijft in haar advies dat er scherpe politieke keuzes voor wettelijke kaders moeten worden gemaakt, voornamelijk over een nieuw normenkader. Daarna moet centraal staan hoe een beschikbaarheidsbekostiging als middel kan bijdragen aan de gewenste doelen en uitkomsten van de visie op de acute zorg en het SEH-landschap.
 
Een vorm van beschikbaarheidsbekostiging lost niet het personeelstekort op, maar kan wel bijdragen aan een verbeterde inzet van deze schaarse capaciteit. De NZa geeft aan dat een model van budgetbekostiging het meest passend is, zoals ook voor de ambulancezorg, de huisartsenposten en de acute geestelijke gezondheidszorg het geval is. De minister ziet ook dat een dergelijk bekostigingsmodel bij kan dragen aan een betere integrale bekostiging van de acute zorg in een regio. Tegelijkertijd denkt de minister dat er beter begrip nodig is van potentiële gevolgen voor de praktijk, zoals de afbakening van de SEH-zorg en de administratieve lasten, voordat een goede afweging hierover kan worden gemaakt.

Integratie HAP/SEH en spoedpleinen
De NZa adviseert een groeimodel voor de bekostiging van integratie van HAP en SEH. Dit begint met een meekijkconsult en het (mogelijke) eindplaatje is een integraal budget. De invloed van de kwaliteit van samenwerking en het onderlinge vertrouwen tussen zorgpartijen op de beoogde integratie is groot. Om inzicht te krijgen in wat er allemaal komt kijken bij een integraal budget en hoe zich dit in de praktijk vertaalt, stelt de NZa voor op korte termijn een experiment met een integrale HAP-SEH bekostiging te starten.
Brief
11Vragen van de leden Paulusma en Podt (beiden D66) over de tekortkomingen in de geboortezorg voor asielzoekers.Vragen